<<<<<  Vorige pagina

Stranding Potvis:  3 januari 1970 Spijkerplaat 

Schipper Van de Velde uit Breskens heeft een dode potvis van een zandplaat in de Westerschelde meegenomen naar de haven van Breskens. Met een lier wordt de vis op de kust getrokken. Prof. Brongersma van het Rijksmuseum voor Natuurlijke Historie bekijkt de vis, die hij voor het museum heeft gekocht, en medewerkers van het museum ontleden de vis. Verder skeletten in het museum, oa van een in 1937 gevonden potvis.

 

 Externe link naar een  "Mpeg Videofilm"   van dit Bressiaanse gebeuren uit de oude doos

Klik hier voor tekst PZC 5 Januari 1970

 

 

 

Externe link naar WiKi voor meer  Info over de Potvis

 

 

 

Potvissen zijn de grootste tandwalvissen op aarde. De mannetjes kunnen een stuk groter worden dan de vrouwtjes. Vooral de kop van de potvis is enorm, die neemt eenderde deel van het hele lichaam in beslag. De onderkaak is juist weer opvallend smal. Potvissen eten vooral reusachtige pijlinktvissen, die op grote diepte leven. Potvissen zijn dan ook gespecialiseerd in diep duiken, tot een record-diepte van wel 2800 meter. In 1937 strandden twee potvissen bij Terneuzen, in 1953 een op Texel (het skelet van dit exemplaar is te zien op het terrein van Ecomare op Texel), in 1970 een bij Breskens, in 1979 een bij Egmond aan Zee, in 1990 een op Terschelling, in 1991 in het Belgische Koksijde en in 1994 een bij Ameland. Vrijwel tegelijkertijd met de potvisstranding bij Ameland strandde een ander exemplaar op het Duitse waddeneiland Baltrum. Twee weken later spoelden vier exemplaren aan op het strand van het Belgische Koksijde. In januari 1995 werden drie potvissen gevonden bij Kijkduin.

 

Meer info over de potvis op deze externe link